Een stukje geschiedenis van Clinge

Clinge of Klink is een veldnaam, die een hoogte aanduidt die door zandverstuivingen of binnenduinvorming is ontstaan. Ter plaatse waar nu De Klinge ligt, vindt men in de vijftiende-eeuwse archiefstukken de naam Goudekenbergh. Op latere kaarten leest men Goukensberg, waarbij enige heuveltjes zijn aangegeven. Op topografische kaarten uit deze eeuw is die naam tot Ganskensberg verbasterd.

In of bij die zandheuvels moet het dorp De Klinge zijn ontstaan, waaraan de ten noorden daarvan gelegen Clingepolder zijn naam heeft ontleend. Na een groot aantal overstromingen en 

herdijkingen ontstond in deze polder de buurschap Clinge, dat uitgroeide tot een langgerekt polderdorp. Van begin af aan zijn de beide dorpen van elkaar gescheiden geweest door een staatsgrens, ontstaan in de tachtigjarige oorlog en bij het grenstraktaat van 1664 blijvend vastgesteld.


De Franse tijd bracht verandering. De Fransen combineerden de beide dorpen in 1795 tot een commune “la Clinge”. Deze werd evenals de vroegere staatsgrens opnieuw een grens, nu van het nieuwe koninkrijk tussen de provincies Zeeland en Oost-Vlaanderen. De jonge gemeente la Clinge werd daarbij verdeeld in twee nieuwe gemeenten: Clinge en la of de Klinge (Oost-Vlaanderen).

De aan deheilige Henricus toegewijde kerk van Clinge werd in 1876 gebouwd. De economische pijlers van Clinge in die tijd waren de landbouw, textiel, klompen, vlas en de smokkel!

De gemeente Clinge bestond tot de opheffing in 1970 uit de volgende polders: Clingepolder, Klein Kieldrechtpolder, Groot Kieldrechtpolder, Nieuw Kieldrechtpolder, Saeftingbepolder, Louisapolder, Prosperpolder (Nederlands gedeelte) Koningin Emmapolder en Hertogin Hedwigepolder. Tot de gemeente Clinge behoorde ook het dorp Kauter, het latere Nieuw-Namen, en de oostelijke helft van het dorpje Kapellebrug.

de geschiedenis van Sloeber

Sloeber wie en was hij een bedelaar op plein en straat. Sloeberke was een zwerver uit Breskens die al bedelend heel Zeeuwsvlaanderen doortrok.
´s Nachts sliep hij in een boerenschuur of in een hangar van een vlasser.Rond 1935 liep hij te bedelen in Clinge. Het dorp bestond in die jaren maar uit één verharde straat de s,Gravenstraat. De kalleseien lagen van De Klinge tot aan het zeegat,verder waren er alleen maar zandstraten. Sloeber had zo zijn vaste adressen in Clinge.op de Pastorie,veldwachter van der Zande het was van der Zande die dergelijke sloebers van de straat haalde en naar de keuken van zijn vrouw stuurde. Hij was een brave man die niemand kwaad deed en na een periode van 5 jaar is hij weggebleven,de inwoners van Clinge hebben hem nooit meer teruggezien. Onze Sloeber Voor Clinge is Sloeber een symbool van gastvrijheid en integratie.Hoe is het beeld Sloeber nu terecht en geplaatst in Clinge gekomen.Ter gelegenheid van het 10 jarig bestaan van toendertijd de naam” Huize De Sterre” werd aan de Clingse bevolking een beeld van de zwerver sloeber aangeboden. De offieciele overhandeling vond plaats op 30 juni-1984. Het beeld werd vervaardigd door pastoor O.Giellit uit Breskens. Het beeld kreeg een plaats in de voor- tuin van de St.Bernardus school. Clingenaar Piet Ras onderhield vele jaren het Sloeberbeeld. De Sloebers die hun naam ontleenden aan het Sloeberbeeld waren van oorsprong een carnavals- vereniging. En jaarlijks organiseerde zij een Sloebermix voor de jeugd,dit was een muzikaal evenenement vooral voor de jeugd en dit feest werd gehouden aan de Waterstraat in een grote tent. En met de opbrengst van deze Sloebermix werden jaarlijks verenigingen en projecten financieel gesteund.
De plaatselijke Tennisvereniging ”Game 78” heeft een aantal jaren een Sloebertoernooi georganiseerd en steeds werden er op deze toernooien Sloeberbeeldjes als prijzen uitgedeeld. Ricky de Blijzer ontwierp in 1991 uit klei de mal voor deze beeldjes.Het bier dat toen rijkelijk voorradig was noemde ze zelfs Sloeberbier. In jaar 2000 waren er zeker 750 tal van Sloeberbeeldjes in de omloop. Zo zie je maar wat zo,n zwerver betekent heeft voor Clinge en nog we houden hem in ere. Een mens uit ons midden,zei beeldhouwer Pastoor Giellit als inleiding op de onthulling van het beeld in 1984.